Klaas Roos (Van den Brink Metaalbewerking) over project BouwLab R&Do (Haarlem)
Voor het circulaire bouwproject BouwLab R&Do in Haarlem, waarbij een gedemonteerde aula in Almere de basis vormt van het ‘nieuwe’ gebouw, haakte Groothuis Bouwgroep diverse partners aan. Een ervan is Van den Brink Metaalbewerking: staalconstructiespecialist, gevestigd in Harderwijk. Klaas Roos, directeur bij Van den Brink, was betrokken bij de uitvoering van het circulaire project.
Het was Willem Jan van de Worp, commercieel manager bij Groothuis Bouwgroep, die besloot dat het zonde was om een aula in Almere zomaar te slopen. Die visie vormt het beginpunt van wat uiteindelijk een omvangrijk circulair project is geworden. Laat Van de Worp een goede bekende zijn van Roos; zo ging de bal rollen. Klaas: “Ik heb meteen aangegeven heel enthousiast te zijn over het idee. We wilden graag ervaring opdoen.”
Conservering
Eenmaal van start ontstaan in het project twee aparte stromen: voor de fundering van het pand en het donorgebouw zelf. Klaas: “Dura Vermeer Divisie Infra deed het grondwerk voor de fundering, die ook circulair is. Zij leverden bestaande balken aan, onze taak was deze te zagen en bewerken. Hierbij kwamen we wel ingewikkelde dingen tegen. De balken waren heel wat zwaarder dan noodzakelijk en dat maakte dat we meer laswerk moesten verrichten dan bij lichtere balken. Maar wat vooral problematisch was, was dat de balken een conservering bevatten die wij niet vertrouwden. We hebben ze weg moeten brengen naar een straalbedrijf, waar het veel energie heeft gekost om de balken te reinigen. Dat was een wijze les, de volgende keer willen we met schone, gecertificeerde balken werken.” Toen de balken eenmaal schoon waren, verliep de rest van het proces voorspoedig: “Ik ben blij met hoe ze uiteindelijk zijn terechtgekomen. We hebben schotten tussen de balken gelast. Die delen konden we niet in bestaande vorm vinden, dus hiervoor hebben we ons eigen restmateriaal gebruik. Dat is allemaal heel goed gegaan.”
Bouwpakket
RGS, de bij het project betrokken circulaire sloper, demonteert het pand in Almere. Daarna is Van den Brink de aangewezen partij voor de montage in Haarlem. Klaas: “Dat leek ons in eerste instantie niet handig: als je zelf demonteert, weet je precies wat je in handen hebt. Maar RGS bleek heel netjes te werk te zijn gegaan. We ontvingen een bouwpakket met een tekening en genummerde delen. Het in elkaar zetten verliep vervolgens vlekkeloos.” Ook hier speelde de conservering van het staal echter een rol: “Het gepoedercoate materiaal heeft te lang buiten gelegen waardoor er roestvorming is ontstaan. Dit gaat ten koste van de kwaliteit en is jammer voor de uitstraling. Maar het paste allemaal wel, het stond al snel netjes en goed.”
Alles bij elkaar beschouwt hij de missie zeker als geslaagd: “We wilden ervaring opdoen en dat is gelukt. Het is gaaf om staal echt te kunnen hergebruiken. Het is een duurzaam product en blijft enorm lang bruikbaar, zeker als je het goed conserveert. En wat ik zo mooi vind: het kost alleen stroom om verschillende delen aan elkaar te verbinden.”
Kinderschoenen
Belangrijkste is dat de deelname aan dit project voor Klaas en zijn collega’s naar meer smaakt: “Ondanks de haken en ogen heeft het project bij ons echt iets in gang gezet. We willen een serieuze rol spelen in deze transitie. Meedenken in oplossingen voor alles wat nu nog te complex is. Er wordt genoeg gesloopt en gebouwd, de wil is er, dus er moet meer mogelijk zijn.” Sinds het project onderhoudt hij nauw contact met Groothuis: “Daar zijn ze erg goed bezig. Ze stellen de juiste vragen en gaan ook gewoon aan de slag. Maar al met al staat circulair bouwen nog in de kinderschoenen. Ook op het gebied van staal zijn er nog veel vraagtekens. Hoe kom je aan tweedehands staal? Waar sla je dat op? Hoe ga je om met veranderende bouwnormen? Wat is er mogelijk als je met schoon materiaal wilt werken? En wat als het rendabel moet zijn?”
Mooie verhalen
Dat zich nog de nodige beren op de weg bevinden, is niet te ontkennen: “Als je circulair gaat bouwen, moet je meer tijd nemen om het anders te doen. Dat kost geld. Je stopt veel tijd en energie in het ‘schoon’ krijgen van de balken, om ervoor te zorgen dat alles weer goed bewerkbaar is. Dat is op dit moment alleen maar interessant voor de idealisten onder ons.” Staal is in dat opzicht ook niet het meest gemakkelijke materiaal om van een tweede leven te voorzien: “Als je een gebouw sloopt, is wat je kunt doen met het staal best een lastig verhaal. Je kunt het niet zomaar vergruizen zoals beton. Er bestaan geweldige ketens om staal her te gebruiken, maar de manier waarop dat hergebruik tot stand komt is tot nu toe nog verre van duurzaam. Voor het omsmeltingsproces gaat het product de hele wereld over.”
Ook bij nieuwbouw ziet hij nog vaak dat niet de meest toekomstgerichte keuzes worden gemaakt. Klaas: “Het begint allemaal aan de tekentafel van de architect. We moeten anders naar verbindingen en details kijken, om staal en beton los van elkaar te houden. Dat zie ik nog te weinig gebeuren bij de opdrachten die ons bereiken. We moeten dan echt zelf gaan roepen, als de plannen eigenlijk al zijn gemaakt.” Gelukkig is er ook een bouwproject dat hij in eigen hand heeft: het nieuwe Van den Brink pand dat in 2023 wordt opgeleverd. Het pand wordt deels opgetrokken uit hergebruikt staal, geïnspireerd door de ervaring die werd opgedaan in Haarlem. Het staal is afkomstig uit de rechtszaal van het voormalige Paleis van Justitie in Amsterdam: “Dat zijn niet zomaar wat balken, nee. Als deze balken konden praten, hadden ze mooie verhalen te vertellen.”
Bekijk bouwproject Bouwlab R&Do