Een gesprek tussen bouwer en opdrachtgever
Bij het slaan van de eerste paal voor de nieuwe Brandweerkazerne in Muiden, spreken ze elkaar voor het eerst. Willem Jan van de Worp, manager klant en markt bij Groothuis Bouwgroep, en Jaap de Neef Hovius, manager vastgoed bij gemeente Gooise Meren. De kennismaking geeft reden om eens verder in gesprek te gaan. Wat is, vanuit hun verschillende perspectieven, de meerwaarde van circulair vastgoed?
De nieuwe brandweerkazerne is een ambitieus project: de inzet is circulariteit, waarbij o.a. een restrictie geldt op het gebruik van bepaalde materialen. Groothuis Bouwgroep sloeg direct aan op de ambitie die spreekt uit de uitvraag. Willem Jan: “Wij zijn zelf volop met circulariteit bezig. Het is heel mooi als je dit bij de professional aan de andere kant, die van de opdrachtgever, herkent. Deze opdracht daagt de markt echt uit, je leest er meteen in dat de gemeente vooroploopt als het gaat om circulariteit. Dat heeft ons gemotiveerd er volop voor te gaan.”
Circulair bouwen is de enige manier
Jaap de Neef Hovius startte vier jaar geleden als manager vastgoed bij de gemeente Gooise Meren. De gemeente heeft de ambitie om een van de meest duurzame gemeentes van Nederland te worden. Jaap: “Voor mij is het vanzelfsprekend om altijd vanuit duurzaamheidsperspectief te denken. Als we dat niet doen, maken we alles kapot. Dit is wat mij betreft de enige manier. En daarin wil ik mijn eigen stukje bijdragen.”
Wat betekent circulair bouwen dan precies voor de gemeente? Jaap: “We willen toekomstbestendig bouwen. Naast de brandweerkazerne realiseren we bijvoorbeeld een circulaire sporthal. Circulariteit is een begrip dat de gehele productieketen beslaat. Van de omgang met mensen tot een grondige analyse van je materialen. En natuurlijk de vraag: kun je dat wat je gebruikt, uiteindelijk weer terugbrengen tot grondstoffen? Dat betekent dat je zo min mogelijk moet vermengen. Het liefst bouw je zo dat je geen kit of pur nodig hebt. Het grote voordeel voor ons is dat alles dan demontabel is. Dat maakt het makkelijk te onderhouden en gaat ook wat betreft functionaliteit niet snel knellen. Als we onderdelen kunnen losschroeven en vervangen, kan het gebouw in z’n geheel in principe altijd blijven bestaan.”
Meer gebouwen
Ook financieel heeft circulair bouwen voor de gemeente een voordeel. Jaap: “Als gemeente mag je een circulair gebouw in 60 jaar afschrijven, in plaats van de gebruikelijke 40 jaar. Dat is vastgelegd in de wet en maakt een groot verschil voor ons budget; de aanslag hierop is een stuk lager. Zo komen we ondanks de hogere kosten van het circulair bouwen, toch beter uit. Dat geeft ons de mogelijkheid om meer gebouwen tegelijk te beheren.” Groothuis Bouwgroep maakte bovendien een functionaliteitsstudie bij het pand, vult Willem Jan aan: “Dit pand is in de toekomst geschikt voor andere invullingen en verplaatsing, bijvoorbeeld in een hergebruik als woongebouw. In theorie zou je over 40 jaar kunnen zeggen dat het nog steeds een hoge vastgoedwaarde heeft. Een circulair pand houdt altijd restwaarde door de hoge herwaardering op hergebruik van materialen en gebouwcomponenten.”
Vastgoed stuurt langzaam, de gedeelde overtuiging is dat je nu moet inzetten op de toekomst. Jaap: “We leggen alle materialen zo goed mogelijk vast, zodat toekomstige opvolgers ook weten waar het gebouw uit bestaat. Zoiets gebeurt met niet-circulair bouwen niet. Dan heb je geluk als je ergens een materialenlijst terugvindt.” Om die langetermijnvisie te benadrukken, komt hij met een mooie anekdote: “In een van de grote collegezalen in de universiteit van Oxford, bevonden zich in het plafond enorme eikenhouten balken. Na ruim 200 jaar was het tijd om die te vervangen. En waar vind je die? Men informeerde maar eens bij de boswachter van een eikenbos dicht in de buurt. En die boswachter reageerde met: ‘Ik ben blij dat jullie het vragen, want dit hele eikenbos is tijdens de bouw van de universiteit aangelegd om het gebouw in de toekomst van nieuwe balken te kunnen voorzien.’”
Trial and error
Voor zowel Jaap als Willem Jan is circulair bouwen beslist de juiste richting. Dat betekent echter niet dat het gemakkelijk is. Jaap: “Het is best lastig om de bouwwereld in beweging te krijgen. Daarom kiezen we ervoor om echt samen op te trekken. Als opdrachtgever ben je nooit 100% bouwprofessional, je bent gebruiker van het pand. We verwachten van de andere partij dat zij al hun kennis inzetten. Daar houden we in de uitvraag rekening mee. En we selecteren dus niet alleen op de goedkoopste prijs.” Circulair bouwen betekent meer risico, voor beide partijen. Willem Jan: “Het is toch voor een deel nog trial and error in de ontwerpfase. Er gaat veel tijd zitten in uitzoekwerk en er is veel denkkracht voor nodig. Met vertrouwen samenwerken is de basis om dat te kunnen doen. Onze samenwerking is het fundament, maar wij zijn als opdrachtnemer wel verantwoordelijk voor wat er gebouwd wordt. Daarmee ontzorgen we de opdrachtgever ook.”
Een gebouw uit 2030
De bouw van de brandweerkazerne bevindt zich inmiddels in de afrondende fase. Jaap is er erg trots op: “Als we waren gegaan voor bewezen techniek, zetten we een gebouw neer uit 2015. We wilden een gebouw dat nog 60 jaar meekan. Dus hebben we samen een gebouw uit 2030 neergezet. Bewust en met passie.” Willem Jan deelt die trots: “De gemeente heeft lef om dit te durven vragen, en ik ben blij dat wij deze kansen zien en de ruimte krijgen om ze op te pakken. Dit zijn echt geen korte termijn winners. Met dezelfde energie hadden we bij wijze van spreken een veel lucratievere klus kunnen doen. Maar als familiebedrijf geloven we dat ondernemerschap rentmeesterschap is. We kiezen voor de lange termijn en doen ondertussen waardevolle kennis en ervaring op.”
Meer lezen over de brandweerkazerne in Muiden? Ontdek de case!